Sietze Braam zal nooit verslappen

14 december 2010 | Van onze AS-redactie

Voor RKHVV-verdediger Sietze Braam duurde de  wedstrijd van zondag in de hoofdklasse C tegen Alcides nog geen 20 minuten. Toen al had de Huissenaar zijn tweede gele kaart te pakken. Vanachter de zijlijn zag hij zijn ploeggenoten vervolgens met 1-3 verliezen. AS sprak met de 33-jarige routinier.

Wat gebeurde er allemaal in die eerste 20 minuten?
Sietze Braam: “Verdedigend hadden we meteen problemen, we hadden geen grip op Alcides en moesten soms aan de noodrem trekken. Na de snelle 0-1 ontstond er irritatie bij ons. Mijn eerste gele kaart was terecht, een overtreding aan de zijlijn. De tweede werd wel erg gemakkelijk gegeven. De speler liep als het ware in mijn lichaam en op mijn benen. Als je weet dat ik al geel heb, dan geef je geen tweede geel. Veel te zwaar, voor mijn gevoel. Volgens mij was er een rapporteur aanwezig waardoor de scheidsrechter heel strak volgens de regels floot.”

Ben je een schopper?
“Absoluut niet. Ik hou best van stevig voetbal en ga een duel niet uit de weg. Maar ik ben niet gemeen. Dat geldt trouwens voor het hele elftal. RKHVV is geen schopploeg en probeert altijd te voetballen. Ik had wel een slecht gevoel over die twee gele kaarten. In zekere zin dupeer je toch jouw team. Maar ik heb niet gemerkt dat de trainer (Frans Koenen, red), er boos over was.”

De hoeveelste rode kaart is het voor jou?
“Volgens mij de vijfde in de 15 jaar die ik in het eerste van RKHVV speel. Dat is te overzien dus. Nogmaals, ik kan op het randje spelen, maar ik zoek altijd een voetballende oplossing. Behalve in één seizoen, toen RKHVV in de eerste klasse speelde. Ik kreeg in één seizoen acht gele kaarten. Volgens mij had dat te maken met fitheid. Als je niet in topconditie bent, loop je steeds achter de feiten aan.”

Hoe beoordeel je de prestaties van RKHVV tot nu toe?
“Ik vind dat we te laag staan (tiende met 13 uit 11, red). We zijn erg goed begonnen, wat ik knap vond met zoveel jonge en nieuwe spelers. We hebben de laatste tijd wat punten verspeeld, vooral door blessures en schorsingen. Leon Pruis en Willem-Jan Bootsma bijvoorbeeld waren er zondag niet bij. Het wordt dit seizoen zeker geen gevecht tegen degradatie, we kunnen het niveau gemakkelijk aan. Tegen Alcides speelden we zelfs met tien man goed mee.”

Heb je geen last van verzadiging na 15 jaar in het eerste?
“Absoluut niet. Ik kan me de eerste wedstrijd, toen ik 18 jaar was, goed herinneren. De adrenaline gierde door mijn lichaam. Dat is nu niet meer het geval, maar de wedstrijdspanning is er nog altijd. Van verslapping is geen sprake. Ik focus me op de wedstrijd, kan de discipline opbrengen en zal nooit gaan lanterfanten. Ik vind het spelletje nog veel te leuk. En fysiek kan ik het goed opbrengen. Natuurlijk heb ik soms pijntjes en vorig seizoen ben ik nog geopereerd aan mijn enkel. Maar ik ben weer fit. Als ik merk dat ik op mijn tenen moet lopen, dan stop ik.”

Nooit een aanbieding van een andere club gehad?
“Ik heb een jaar of zeven geleden een gesprek gehad met Achilles’29. Daar was Eric Meijers die ook RKHVV had getraind, trainer geworden. Ik was er heel ver mee. Maar in die periode begon ik ook een horecazaak in Huissen. Dat kreeg voorrang.”

Is jouw kroeg te combineren met voetbal?
“Zeker. Je maakt uiteraard veel nachtelijke uren, maar ik kom aan mijn rust toe. Als ik zaterdagnacht van half vier tot half elf kan slapen, dan ben ik fit weer voor de wedstrijd.”

Waar eindigt RKHVV dit seizoen? 
“Een plaats in de top-drie is denk ik te hoog gegrepen. We eindigen ergens tussen plaats vier en acht.”