Jasper Bugter wil plek in top vijf

28 februari 2014 | Van onze AS-redactie

Voor de schaatsfamilie Bugter is het een spannend weekeinde. Luuc Bugter opent het NK allround op de 500 meter met een rit tegen Sven Kramer, broer Jasper (18) rijdt op het NK sprint voor A-junioren in Enschede. De AS-redactie sprak met de jongste telg.

De vorm is er, maar Jasper Bugter rekent zichzelf in Enschede niet tot de favorieten op het NK sprint voor A-junioren. “De top tien moet lukken, maar ik streef naar een plek bij de eerste vijf”, zegt Bugter, die weet dat de concurrentie groot is. “De besten doen mee. Rijders die al ook bij de senioren mee mogen doen, pakken liever een medaille bij de jeugd dan dat ze twintigste worden bij de senioren.”
Bijna twee weken geleden reed Bugter tijdens de landelijke selectiewedstrijden in Groningen een persoonlijk record op de 500 meter. In 38.12 seconden snelde de Eldenaar over de baan en dat leverde toen een tweede plek op. Op de 1000 meter legde hij met een tijd van 1.17.00 beslag op de vierde plaats.

Bugter is zich dit jaar meer gaan toeleggen op de korte afstanden. “Dat leefde vorig seizoen al. Uiteindelijk ga je je specialiseren. Als je alles half doet, is dat niet optimaal. Trainen op het korte werk heeft in Groningen resultaat opgeleverd, maar het hoogtepunt moet nu het Nederlands kampioenschap worden.”
Bugter is tevreden over de vooruitgang die hij in de laatste maanden heeft geboekt. “Het gaat ineens een stuk beter. In het begin van het seizoen heb ik te hard doorgetraind. Schaatsers werken in de zomer een specifiek programma af, maar toen was ik aan het wielrennen. Als schaatser lig je dan achter en dat wil je inhalen. Ik heb toen te veel gedaan, waardoor ik later geen vooruitgang boekte. Ik had er beter voor kunnen staan, maar ben toch tevreden met waar ik nu sta.”

Na het NK gaat Bugter zich weer richten op het wielerseizoen. “Maar eerst pak ik twee weken rust. Er zijn nog wel wat schaatswedstrijden, maar de belangrijkste zijn dan wel geweest.”
Bugter realiseert zich dat hij over niet al te lange tijd een keuze moet maken tussen schaatsen en wielrennen. “Het is lastig om te kiezen, maar bij mijn wielerploeg Croford Cycling Team heb ik in het opleidingsteam een grotere kans om door te stromen naar de profs. Als schaatser moet ik volgend seizoen over naar de neo-senioren. Daarna moet je echt binnen één of twee jaar bij een gesponsorde ploeg zitten, want anders heb je onvoldoende faciliteiten. Bij een gewestelijke selectie verbeter je je dan nauwelijks meer.”