Column
———
Hans Witjes
Vitesse verkeert nog steeds in degradatiegevaar. Niet alleen de stand op de ranglijst baart zorgen, maar ook het spel en de speelwijze. Er is te weinig creativiteit, waardoor er nauwelijks kansen uit open spel ontstaan. Verder heeft de selectie geen spits die (op dit moment al?) het vereiste niveau heeft. En bij die speltechnische moeilijkheden komt tot overmaat van ramp ook nog eens een mentaal probleem: Vitesse speelt vaak met te weinig lef, te afwachtend.
Er zijn nog maar vier wedstrijden over en naar mijn mening is het een groot risico om op dezelfde voet verder te gaan. Weliswaar zijn twee overwinningen waarschijnlijk voldoende voor handhaving en komen met SC Cambuur en FC Groningen nog twee degradanten naar Arnhem, maar die zouden, vrijuit spelend, wel eens beter voor de dag kunnen komen dan het in uitwedstrijden extreem zwakke Excelsior Rotterdam. Verder is Fortuna Sittard uit sowieso een zware wedstrijd en zal (dan al) kampioen Feyenoord in de laatste wedstrijd ten koste van Vitesse met een galavoorstelling afscheid willen nemen van het legioen.
Na het echec tegen Excelsior heb ik zitten nadenken hoe ik als trainer de beslissende wedstrijden zou benaderen. Dat denkwerk heeft geleid tot de volgende opstelling, die ik daarna zal toelichten.
Scherpen
Arcus Flamingo Isimat-Mirin Wittek
Tronstad Meulensteen
Kozlowski
Manhoef Van Ginkel Vidovic/Jonathans
Over keeper en verdediging kan ik kort zijn: geen aanleiding om te veranderen.
Tronstad komt terug in de ploeg als tweede verdedigende middenvelder. Dat lijkt een defensieve zet, maar is het niet. Zowel de Noor als zijn compaan Meulensteen zijn namelijk echte voetballers. Goed aan de bal en in staat om het spel te lezen. Zij zijn belangrijk vanuit hun eigen positie en kunnen de zone op ‘hun’ vleugel bewaken, als Arcus of Wittek ten aanval trekken. Het elftal wordt er sterker van en ik creëer er weer een plaats mee voor Tronstad, die te goed is voor de bank.
Kozlowski is een zeer creatieve jongen, die in een vrije rol als aanvallende middenvelder optimaal tot zijn recht kan komen.
Deze formatie kent twee grote verrassingen: het niet opstellen van aanvoerder Bero en de rol van spits voor Van Ginkel. Allereerst de Slowaak. Een fantastische jongen qua instelling met een enorm loopvermogen en veel inzet. Als minpunten heeft hij het veroorzaken van te veel gele kaarten en, nog veel belangrijker, het missen van technisch vernuft. Al met al is hij daardoor zeer bruikbaar tegen topploegen, maar veel minder tegen andere tegenstanders, waarin vaak oplossingen in kleinere ruimtes moeten worden gezocht.
Door hem niet op te stellen, bied ik plaats aan een creatieve speler extra. De laatste wedstrijd tegen Feyenoord vraagt een meer verdedigende tactiek en dan is Bero wél weer een optie voor de basis.
Van Ginkel is een fijne teamspeler, maar niet meer de box-to-boxspeler van zijn eerste Vitesseperiode. Ook het accelaratievermogen van vroeger heeft hij niet meer. Wel is hij sterk aan de bal, gebruikt hij zijn lichaam slim in de duels, heeft hij combinatievermogen en kopkracht. Met die kwaliteiten kan hij als gelegenheidsspits van grotere waarde zijn dan de voor de spitspositie beschikbare kandidaten.
Binnen deze opstelling ontstaat ruimte als vleugelspits voor Vidovic of Jonathans. Ik zie in feite voor die twee posities aan de zijkant met Manhoef erbij drie spelers die veel minuten gaan maken, als basisspeler of wissel, afhankelijk van hun vorm en prestaties op de trainingen en in de wedstrijden.
Dit elftal gaat (tot de uitwedstrijd tegen Feyenoord) niet afwachtend spelen, maar vroeg druk zetten. Het hele elftal doet daaraan mee, dus ook de keeper. Het voert te ver om hier uit te leggen hoe dat moet, maar dit is goed te trainen en snel te leren met tactisch sterke spelers als Tronstad, Meulensteen en Van Ginkel als voortrekkers bij de uitvoering. Er is tot Fortuna Sittard nog tijd voor enkele specifieke trainingen op dit punt.
Tot zover mijn advies aan de trainer. Als hij het al zou meekrijgen, zal hij het met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid niet opvolgen. Dat geeft niet, het advies is vrijblijvend en bevat slechts míjn mening. Daar kunnen andere tegenover staan. Voetbaltactiek is nu eenmaal geen exacte wetenschap, het geeft stof voor (schier eindeloze) discussie. Dat neemt niet weg dat alle tactische beslissingen, hoe verschillend die ook kunnen zijn, wel moeten voldoen aan de wetten van de logica. Ook die van Cocu. Daaraan zal ik ze blijven toetsen, zowel bij verlies als winst. Ik hoop van harte dat ik dat de komende weken nog enkele keren bij een positief resultaat kan doen. Dat zou namelijk betekenen dat het Eredivisieschap is veiliggesteld.