Vitesse heeft vrijdagavond in de Amsterdam Arena zijn eerste nederlaag geleden. De voor rust sterk acterende Arnhemse ploeg werd in de tweede helft volledig afgeschminkt door Ajax: 4-1.
Vitesse was in de eerste helft gelijkwaardig aan Ajax. De thuisclub had weliswaar het meeste balbezit, maar qua kansen deden beide ploegen niet voor elkaar onder.
Derk Boerrigter trof voor Ajax de paal, Theo Jansen probeerde het van afstand. De uitgespeelde kansen waren voor Vitesse. In het laatste kwartier voor de pauze zette Nicky Hofs ploeggenoot Marco van Ginkel vrij voor Kenneth Vermeer, maar de doelman van Ajax redde bekwaam. Vlak voor rust liet verdediger Frank van der Struijk van Vitesse een afgemeten voorzet los, die Wilfried Bony op waarde schatte. De Nigeriaanse spits passeerde doelman Vermeer, maar Toby Alderweireld haalde de bal van de lijn.
Na de hervatting brak Christian Eriksen de wedstrijd open. Met een fraai afstandschot zorgde de Deense middenvelder in de 53ste minuut voor 1-0.
Vitesse was 3 minuten later dicht bij de gelijkmaker. Guram Kashia kopte uit een vrije trap prima in, maar de redding van Kenneth Vermeer was van hetzelfde niveau.
Het was van Vitesse het laatste wapenfeit. Defensief geklungel bij de bezoekers leidde binnen 10 minuten tot nog 2 Amsterdamse treffers en daarmee was de wedstrijd beslist: 3-0. Derk Boerrigter en Kolbein Sigthórsson waren de doelpuntenmakers. In de 71ste minuut zorgde Sigthórsson van afstand ook voor 4-0.
Vitesse zakte in de tweede helft als ploeg volledig door het ijs, al scoorde Alexander Büttner vlak voor tijd nog wel tegen nadat Bony de paal had getroffen.