Tactisch gefaald

6 december 2020 | Van onze AS-redactie

Column
———
Hans Witjes



Abominabel. Daarmee is de wanprestatie van Vitesse bij PEC Zwolle in één woord omschreven.

Het spel was uitermate slordig, maar vooral tactisch klopte er niets van. Waar was het uitgangspunt om vroeg druk te zetten en de tegenstander op te jagen? Daarvoor is nodig dat de twee spitsen ondersteuning krijgen van twee middenvelders en een van de twee vleugelverdedigers. Verder moeten de linies aansluiten en moet iedere speler op een man staan. Op die manier kun je ploegen in de tang nemen en tot fouten dwingen, vaak al ver op hun helft, waardoor je gemakkelijk tot kansen komt.

Vanaf de eerste minuut in Zwolle was daar niets van terug te zien. Sterker nog, de ploeg deed precies het tegenovergestelde en bracht PEC Zwolle zo in de wedstrijd. Ik heb dat team dit seizoen meerdere keren zien spelen en, geloof me, dat is echt van zeer matige kwaliteit. De Zwollenaren strompelen moeizaam door de competitie, maar Vitesse legde de rode loper uit en wenkte vriendelijk: kom maar. Want anders kun je het toch niet noemen, als je de tegenstander overal op het veld zeeën van ruimte geeft.

Op televisie is het bij gebrek aan overzicht niet precies te zien, maar het was wel duidelijk dat er bij de Zwolse opbouw van achteruit voor Vitesse een negatieve kettingreactie van ondertal-situaties ontstond. In de buurt van het Zwolse doel moesten twee spitsen opboksen tegen vier verdedigers, een linie verder schoof er één Zwolse verdediger mee het middenveld op en er zakte een spits terug zonder dat een van de centrale verdedigers van Vitesse doordekte. Zo creëerden de mannen van trainer Stegeman ook daar een overtal, terwijl er van de drie centrale verdedigers van Vitesse één zonder directe tegenstander vliegen stond te vangen. En als Vitesse balbezit had, trok PEC Zwolle zich snel terug op de eigen helft, zodat er geen ruimte voor dieptepasses achter hun laatste linie ontstond. Vitesse kwam dan meestal niet verder dan passes breed en terug in een traag tempo.

Trainer Letch constateerde na afloop dat Vitesse vanaf het begin slecht speelde en dat hij bij zijn ploeg agressiviteit had gemist. Maar zoals Vitesse speelde, kom je niet eens in de duels, dus kun je ook geen gezonde agressie tonen. Het was laf voetbal dat deed herinneren aan de ergste Slutsky-tijden en Letch liet het tot mijn stomme verbazing gebeuren. Ik heb de sympathieke Duitser in de afgelopen periode veel lof toegezwaaid en dat verdiende hij ook, maar gisteren heeft hij tactisch gefaald.

Pas in de rust veranderde hij iets, maar naar mijn mening niet op de juiste manier. Hij veranderde de formatie naar 4-3-3 door een aanvaller te brengen voor een middenvelder (Openda voor Bruns) en de backs officieel te laten doen wat ze al veel te veel deden: terughangen. Die systeemwijziging was niet nodig geweest als het 3-5-2 goed was uitgevoerd, maar goed, er viel iets voor te zeggen. Maar dan had ik niet de nog wel aardig spelende Bruns vervangen, maar  Bero.

De Slowaak was voor zijn blessure al slecht op dreef, maar daarna is het nog minder geworden. In balbezit lijkt hij af en toe schrikdraad aan zijn schoenen te hebben en het maken van onnodige onbehouwen overtredingen leert hij maar niet af. En dan is wel een pluspunt dat hij veel kilometers maakt, maar zoals hij nu speelt, kun je dan nog beter een midden-afstandloper van Ciko ’66 binnen de lijnen brengen. Mits die geen kaarten oploopt natuurlijk.

Om deze uit vorm zijnde, onbehouwen middenvelder rechtsback te zetten na de rode kaart voor Touré, was een volgende tactische fout van Letch. Over onbehouwen gesproken, met de druistige Touré als rechtsback was ik vooraf al bang voor ongelukken. Die bleven nog vrij lang uit, maar na een uurtje was het dus prijs. Letch had daar na die rode kaart beter Cornelisse neer kunnen zetten of hem in het centrum en Doekhi op de rechtervleugel. Dat was ook een betere optie geweest voor het basiselftal.

Verder had de tactiekwijziging met Doekhi naar voren en het spelen van lange ballen niet drie minuten voor tijd moeten worden doorgevoerd, maar een minuut of tien eerder. De bal erin pompen en hopen op de tweede bal, op hoop van zegen, het was de enige kleine kans om met tien man toch nog gelijk te maken.

Tannane hebben we in deze wedstrijd op zijn assist bij de goal na nauwelijks gezien. Tegenstanders zetten tegenwoordig een vaste bewaker op hem en nog een mannetje erbij in de buurt. Daar moet hij zelf slim mee omgaan en andere spelers zouden ook moeten kunnen profiteren van de extra ruimte die zij dan krijgen. Beide dingen gebeurden niet. Ook Bazoer wordt het spelen zo moeilijk mogelijk gemaakt en een van de manieren daarvoor is om te zorgen dat hij zijn dieptepasses niet kwijt kan. Dat deed PEC Zwolle slim.

Ik heb me in de tweede helft overigens weer rot geërgerd aan de houding van Bazoer. Wegwerpgebaren naar een eigen speler na een in zijn ogen verkeerde pass, ruziën met tegenstanders, af en toe rouwmomenten inlassen en terugsloffen naar de eigen helft. Als het niet loopt, zou hij juist een speler moeten zijn die de kar trekt.

Er wacht de rest van deze maand een loodzwaar programma. Als Vitesse dan niet vele malen beter presteert, dreigt een doemscenario dat alle eerdere jubelverhalen doet vergeten.

PEC Zwolle-Vitesse 2-1
Darfalou 0-1, 65. Drost 1-1, 76. Van Duinen 2-1