Column
———
Hans Witjes
De dominantie van Vitesse is dit seizoen nog niet zo groot geweest als zaterdagavond in het uitduel tegen FC Twente. Toch werd het chagrijn bij mij van minuut tot minuut groter. De ploeg van trainer Thomas Letsch dreigde zichzelf namelijk enorm tekort te doen door een aantal grote kansen niet te benutten en meerdere dreigende situaties voor het Twentedoel te laten verzanden in aanvallende onmacht. Puntverlies leek onvermijdelijk tot scheidsrechter Van Boekel in de allerlaatste seconden te hulp schoot. De dubieuze strafschop die hij gaf, deed recht aan het spelbeeld, maar had Vitesse niet nodig moeten hebben om met drie punten in de bus te stappen.
Het was dus vermoedelijk maar goed dat scheidsrechter Mulder kort voor deze wedstrijd zakte voor zijn conditietest en door Van Boekel werd vervangen. Dat de conditioneel zwakke Mulder de penaltysituatie noodgedwongen van wat grotere afstand zou hebben moeten beoordelen, is vrij zeker, zoals ook bijna vast staat dat hij die dan zou hebben weggewuifd.
Hoe overheersend en goed het spel van de Arnhemse ploeg ook was, het offensieve onvermogen geeft te denken. Nu brak dat net niet op, maar als dat niet snel verandert, loopt de slotfase van het seizoen op een teleurstelling uit. De spelers die in Enschede aanvallend schutterden, waren middenvelder Bero en de aanvallers Openda en Broja. Bero heeft een geweldige mentaliteit en een enorm loopvermogen, maar laat technisch te veel steken vallen. Als dat in Enschede anders was geweest, had hij twee of drie keer gescoord. Wat er met Openda aan de hand is, weet ik niet. De laatste tijd mislukt bij hem te veel, er is weinig over van de snelle plaaggeest voor verdedigingen die hij eerder in het seizoen was. Misschien juist daarom is hij de laatste wedstrijden ook nog eens te snel aangebrand. Broja deed in Enschede wel een aantal goede dingen, maar zijn balaannames zijn te vaak niet goed en bij zo’n kans als vlak voor de rust moet de bal er gewoon in.
Met deze drie heb ik de enige spelers genoemd die tegenvielen. Doelman Houwen, de vervanger van Pasveer kon zich niet onderscheiden, simpelweg omdat hij geen schot op doel heeft gehad. Er had net zo goed een veldspeler onder de lat kunnen staan. De invaller werd wel regelmatig ingeschakeld bij de opbouw en heeft daarbij geen gekke dingen gedaan.
De beide vleugelbacks, Dasa en Wittek hebben een goede wedstrijd gespeeld. De centrale verdedigers Rasmussen en Doekhi zijn altijd betrouwbaar en waren dat dus ook in Twente. Al moet reserveaanvoerder Doekhi voortaan zijn arm niet meer zo raar laten zwaaien, als bij de door hem veroorzaakte strafschop. Bazoer had in de eerste helft een paar slordigheidjes, maar speelde in mijn ogen geweldig. Dat hij technisch begaafd is, weten we, maar in deze wedstrijd viel daarnaast op dat hij enkele keren met slidings voor de man kwam en vijandelijk balbezit in de kiem smoorde.
‘Nummer zes’ Tronstad blonk uit. Hij stond altijd goed, veroverde veel ballen en koos in balbezit goede oplossingen. Ook Tannane deed het voortreffelijk. Ik vond opvallend dat hij in de eerste minuten nauwelijks aan de bal kwam en toen geen gekke dingen ging doen. Hij wachtte zijn momenten rustig af en die kwamen er in overvloed. De Marokkaan is toch een speler die met zijn snelheid, techniek en creativiteit het verschil kan maken en dat in Enschede ook deed. Buiten de twee benutte penalty’s had hij met wat geluk meer doelpunten kunnen maken. En enkele passes van hem waren assistwaardig, maar kregen die status niet door knoeiwerk van de ontvangers bij de afronding.
Nog even iets over de strafschoppen. De eerste, bij die handsbal van Doekhi, was geheel volgens de regels. De tweede, vlak voor de rust toegekend aan Vitesse, was dat volgens mij niet. Pierie had zijn arm bij het wegdraaien in een natuurlijke houding en waar moest hij die op dat moment anders laten? Bij de derde kon ik nog zo met mijn Vitessebril op kijken of Wittek echt ten val werd gebracht, ik bleef de indruk houden dat hij wel iets werd geraakt, maar zelf al viel. Ik denk dat we in alle staten zouden zijn geweest, als Vitesse twee van dit soort penalty’s tegen had gekregen.
Toen ik nog trainer was, lichtjaren geleden, zei ik bij penalty’s altijd tegen ‘mijn’ keepers: blijf staan tot de bal is geschoten. Als FC Twente-doelman Drommel dat had gedaan, had hij de tweede van Tannane gepakt. Als Houwen dat had gedaan bij de strafschop van FC Twente had hij grote kans gemaakt om die tegen te houden. Keepers blijven maar gokken op een hoek. Dat is net zo’n hardnekkig verschijnsel als het niet bezetten van de palen bij corners tegen.
FC Twente-Vitesse20.
Danilo 1-0 (pen.), 44, Tannane 1-1 (pen.), 90+5 Tannane 1-2 (pen.)