Column
———
Hans Witjes
Wie Vitesse door de jaren heen als supporter blijft volgen, moet toch wel masochistische trekjes hebben. Ook het thuisduel tegen degradatiekandidaat FC Emmen werd na een goed eerste halfuur alsnog een ware marteling. Zeer pijnlijk en chagrijnig makend.
Dat ik die gevoelens heb, moet ik vooral mezelf kwalijk nemen. Ik trap er telkens weer in. Tegen beter weten in verwacht ik toch weer te veel van een selectie die slechts bij vlagen een aardig niveau weet te halen en qua wisselvalligheid te vergelijken is met het Nederlandse weer: af en toe mooi, maar veel vaker depressies met bijbehorende ellende.
Met Sturing aan het roer in plaats van de sympathiek overkomende, maar tactisch laffe en onbekwame Slutsky was er hoop op betere tijden. Ik wil nog niet zeggen dat die helemaal weg is, maar het optimisme heeft wel een forse deuk opgelopen. Want wat was Vitesse een uur lang verschrikkelijk slecht, met als dieptepunt het eerste kwartier na rust. Als zo’n kleine ploeg als FC Emmen, die in uitwedstrijden nauwelijks een punt heeft gehaald, het elftal in die periode volledig aan gort kan combineren en maar liefst vier grote kansen weet te creëren, dan heeft het geen zin meer om op de ranglijst naar boven te kijken.
En het eerste half uur dan, zal menige aanhanger misschien tegenwerpen, dat was toch goed? Zeker, ook ik heb de af en toe mooie combinaties en aanvallen gezien. Maar dat was wel tegen een toen afwachtende, timide tegenstander. Toen trainer Lukkien van de Emmenaren na zesendertig minuten al de boomlange spits Arias inbracht, veranderde het spelbeeld direct. In het restant van de eerste helft bleek hij moeilijk te bespelen door het centrale duo Doekhi en Obispo en dat bleef zo. Bovendien heeft het in de kleedkamer van de Drenten waarschijnlijk gedonderd, want zij zochten ineens fel en goed de aanval. Vitesse bleek toen ineens uiterst kwetsbaar.
Die kwetsbaarheid zit hem voor een deel in het matige niveau van een aantal spelers. Ik ga nu even niet herhalen wie dat zijn. Voor een ander deel, en daar wil het nu wel over hebben, zit het probleem bij de beoogde sleutelfiguren Bazoer en Tannane. Die twee hebben techniek en creativiteit, zij het minder dan hun voorgangers Mount en Ødegaard, maar dat is geen schande. Als zij draaien, kunnen zij van meerwaarde zijn voor de ploeg. Maar hun neiging om zichzelf te overschatten in combinatie met hun korte lontje kan het elftal ook in de problemen brengen. Ik adviseer Tannane, die op dezelfde positie speelt als vorig seizoen Ødegaard, om eens naar beelden van het spel van de Noor uit die tijd te bekijken. Dan ziet hij dat die het maken van acties afwisselde met snel kaatsen en doorbewegen. Als hij de bal dan terug kreeg, maakte hij de keuze tussen een actie of een steekpass. Op die manier kon de tegenstander geen vat op hem krijgen.
Natuurlijk, de Noor is een hele grote speler, dat niveau hoeft Tannane niet te halen, maar het gaat er mij om dat hij zich moet beperken in het aantal schijntrappen en acties waarbij hij drie of vier man wil uitspelen. Door meer te variëren en niet alsmaar ingewikkelde oplossingen te zoeken, zal zijn waarde groeien. Bazoer is een ander type speler, maar voor hem geldt hetzelfde. We weten echt wel dat hij techniek heeft, maar hij moet die wat meer functioneel houden en wat minder op zoek gaan naar technische hoogstandjes. Dat zal de ploeg ten goede komen.
Het zal mij benieuwen of trainer Sturing dit er bij deze twee jongens met hun grote ego in weet te krijgen. Maar misschien ziet hij het wel heel anders dan ik. We hebben in ieder geval al een verschil van opvatting over de coaching in deze wedstrijd. Om te beginnen vond ik onbegrijpelijk dat de Emmer rechtsback Bijl in de tweede helft toch weer een aantal keren ongehinderd de achterlijn mocht halen. Net als Slutsky had Sturing kennelijk geen tactisch plan om dit gevaar te voorkomen. Of dat plan is niet goed uitgevoerd en dan had hij moeten ingrijpen met een wissel.
Dat brengt mij op het tweede punt. Hoe bestaat het dat een coach niet wisselt als het elftal een uur lang muurvast zit. Ik las dat Sturing achteraf heeft gezegd dat het voor hem geen zin had om te wisselen, omdat hij het idee had die wissels geen verbetering zouden zijn. Als voorbeeld noemde hij Dicko. Die is snel, maar hem inbrengen zou betekenen dat FC Emmen verder achteruit zou gaan lopen en dan zou hij zijn snelheid toch niet kwijt kunnen. Naar mijn mening diskwalificeert hij zijn wissels met zijn uitspraken en Dicko in het bijzonder. Had hem er maar bij gezet, hij is niet alleen snel, maar ook sterk aan de bal en hij kan een goal maken.
Nu op naar ADO Den Haag. Ik zag die ploeg dit weekend met een aantal zwakke nieuwe spelers bij FC Utrecht klungelen dat het een aard had en kansloos verliezen. De ervaring leert dat dat soort ploegen juist tegen Vitesse vertrouwen kan opdoen.
Vitesse-FC Emmen
19. Linssen 1-0, 58. De Leeuw 1-1.