Van onze AS-redacteur
Bandi Csupor behaalde als korfballer grote successen met Oost-Arnhem. De 46-jarige Arnhemmer is nu voor het tweede seizoen trainer van Rheko en zaterdagavond is die ploeg in de Rhedense sporthal de Hangmat gastheer van Oost-Arnhem.
Onder Csupor promoveerde Rheko afgelopen seizoen naar de overgangsklasse in de zaal. Op het veld liep het bij de Rhedense ploeg na het behalen van de zaaltitel minder en eindigde de ploeg in 1C als voorlaatste. Csupor kon niettemin terugkijken op een geslaagd seizoen.
Wat betekent Rheko voor jou?
Een leuke en gezellige club, waar de mensen nog met elkaar begaan zijn. Een club zonder mensen van buitenaf. Floor Rosier, afkomstig van Oost-Arnhem, is geloof ik de enige.”
Zaterdagavond wacht Oost-Arnhem. Dat moet voor jou een speciaal duel zijn?
Bandi Csupor: “Ik beschouw het als een normale wedstrijd. Wij proberen ons dit seizoen te handhaven in de overgangsklasse en dan is nu Oost-Arnhem de tegenstander. Dat is leuk voor mij, omdat ik daar heb gespeeld en voor Rheko omdat die ploeg altijd tegen Oost-Arnhem heeft opgekeken. Maar ik blijf er nuchter onder. Met Vada’25 heb ik als speler ook tegen Oost-Arnhem gespeeld.”
Heb je nog een band met je oude club?
“Niet direct. Steven, mijn zoon, speelt er en Chantal, mijn dochter, woont samen met Peter Hage (aanvoerder Oost-Arnhem, red.) . Maar of ik me nog Oost-Arnhemmer voel? Nee, ik ben er al eens weggegaan en later voor een tweede keer, toen ik trainer was van het tweede. Ik moest weg, ik zou niet goed communiceren. Verder wil ik er niets over kwijt.”
Word jij ooit nog trainer van Oost-Arnhem?
“Nee, dat denk ik niet. Daarvoor is er te veel gebeurd. Achteraf hebben heel veel mensen bij Oost-Arnhem mij gelijk gegeven, maar ze zijn toen niet voor me in de bres gesprongen. Ze hebben op dat moment niet gedaan wat het beste was voor de club.”
Je was zelf een topspeler. Hoe is het als je dan gaat trainen op een wat lager niveau?
“Soms zijn dingen die in mijn ogen simpel zijn niet altijd door anderen simpel uit te voeren. We zijn bij Rheko een ander spel gaan spelen dan wat de ploeg gewend was. De heren stonden altijd in de punt, de dames in de aangeef. Ik wil dat iedereen moet kunnen aanvallen. Dat gaat steeds beter.”
Eindigt jouw trainerscarrière in de Korfbal League?
“Als er een plek is, zal ik geen ‘nee’ zeggen. Maar ik doe niet aan carrièreplanning. Ik bekijk het per seizoen. En gaat het leuk met Rheko, dan ga we samen misschien nog een jaartje door.”
Terug naar de wedstrijd van zaterdag. Zijn jullie kansloos tegen Oost-Arnhem?
“Zeker niet. Maar Oost-Arnhem heeft op dit niveau wel meer ervaring. En wij missen door blessures nog steeds Joris Koning en Manon Kelderman, twee hele belangrijke spelers. Wij zijn de underdog. Dat zijn we trouwens elke wedstrijd, want het is voor ons allemaal nieuw. Je ziet dat wij er hard aan moeten trekken om mee te komen. Het doel is twee ploegen onder ons houden en dat gaat lukken. Daar ben ik van overtuigd. Afgelopen wedstrijd werden we tegen GKV de eerste helft weggespeeld. Tijdens de rust hebben we wat zaken doorgenomen en de tweede helft verliezen we maar met 13-11. Heel positief, want GKV is wel een topper in deze klasse.”