van onze AS-redactie
Voetbaltrainer Anthony Uffing van Arnhemia moet nog 5 wedstrijden ‘brommen’. De beroepscommissie van de KNVB bracht zijn schorsing van 10 duels terug naar 6. In de thuiswedstrijd tegen MASV zat Uffing al 1 duel van zijn schorsing uit.
De uitspraak van de beroepscommissie geeft Uffing een ‘dubbel gevoel’. “Want ik ben vrijgesproken van ‘grove belediging’ en dan toch nog 6 wedstrijden. Aan de andere kant zijn er 4 af.”
Uffing zegt dat het voor hem het belangrijkste is, dat hij niet ‘grof beledigend’ is geweest. “Daarvan ben ik vrijgesproken en daar is het mij steeds om te doen geweest. Ik weet best dat ik een emotioneel mannetje ben en een keer wat zeg, maar ik blijf wel correct. Ik scheld de scheidsrechter nooit uit.”
Uffing kreeg op zondag 2 oktober tijdens de wedstrijd in de vierde klasse F tussen Angeren en Arnhemia (3-3) een rode kaart van arbiter Letschert. De Huissenaar werd daarop een schikkingsvoorstel van 7 wedstrijden schorsing gedaan, maar daarmee ging Uffing niet akkoord. Tot zijn grote schrik kreeg de trainer van Arnhemia er vervolgens nog 3 wedstrijden bij na aanvullende belastende verklaringen. Uffing zou ook in de bestuurskamer van Angeren nog iets over de arbiter hebben gezegd.
Uffing: “De zaak is verder schriftelijk afgehandeld. Wij hadden om een mondelinge zaak verzocht, omdat er een aantal dingen niet klopten. Met die 6 wedstrijden moeten we het nu doen, want er is nu geen beroepsmogelijkheid meer.”
Uffing heeft inmiddels 1 wedstrijd van zijn schorsing, tegen MASV, uitgezeten. “Vorige week kreeg ik een brief, dat ik in de wedstrijd van afgelopen zondag tegen Elistha weer op de bank mocht zitten. Dan denk je toch, dat ze dat niet zomaar doen”, aldus Uffing.
Na de bekerwedstrijd tegen Lienden (dinsdag) moet Uffing nog 4 competitieduels de coaching aan zijn assistent Marinho Besselink overlaten. Begin maart, uitgerekend in de thuiswedstrijd tegen Angeren, neemt Uffing weer plaats op de bank. “Dat is wel heel apart. Ik ben blij dat ik er in ieder geval de laatste 7 wedstrijden van de derde periode weer bij ben.”