Column
———
Hans Witjes
De beste halve wedstrijd spelen van de laatste paar jaar. Dat deed Vitesse uit tegen Heracles Almelo, maar het hield er geen enkel wedstrijdpunt aan over. Dat stelt teleur, maar over de teleurstelling hangt bij mij een zweem van tevredenheid en hoop.
Zeer content ben ik namelijk met de manier van spelen. Vitesse was in dat opzicht onherkenbaar. Wat er deze week binnenskamers is besproken, weet ik niet, maar dit was een fris, ander Vitesse. De Arnhemse formatie speelde precies op de manier zoals ik die telkens opnieuw heb gepropageerd. Er werd vroeg druk gezet, het baltempo lag hoog, er werd zo veel mogelijk vooruit gespeeld. En zie, Heracles Almelo had weinig te vertellen en het regende dreigende momenten en kansen. Het is te hopen dat Vitesse ondanks het uiteindelijk negatieve resultaat tot de conclusie is gekomen dat het zo door moet gaan en het schijterige, afwachtende voetbal definitief tot het verleden behoort. In dat geval staat tegenover de ongelukkig verloren punten een veel grotere opbrengst.
Ik lees op Twitter dat verschillende supporters en ook De Gelderlander in de persoon van Vitessevolger Lex Lammers de schuld voor de twee tegengoals in de eerste helft in de schoenen schuiven van de centrale verdediging. Ik deel die mening niet. Bij de eerste tegengoal werd de voorzet snel gegeven, strak en precies op maat voor de slim achteruit stappende Dalmau, bij de tweede was het een vrije trap met de kracht van een schot, waar Dalmau in sprinttempo tegenaan liep. Dat heeft niets met slapende verdedigers te maken. De derde goal, nadat eerst doelman Eduardo flaterde bij een voorzet van de ene kant en daarna de slappe, voorspelbare voorzet vanaf de andere kant zo kon worden ingekopt, vind ik wél verwijtbaar.
Door de rode kaart veranderde de wedstrijd uiteraard. Als ik trainer was geweest, had ik Clark na zijn eerste gele kaart direct vervangen door Büttner. Zo vroeg geel krijgen tegen een snelle, getructe aanvaller als Kuwas is levensgevaarlijk. Dan zijn er daarna maar twee opties, die allebei funest zijn: met de handrem op spelen óf een tweede gele kaart incasseren. Natuurlijk was het dom van Clark om die tweede, geelrijpe overtreding te maken, maar zijn trainer had hem daarvoor moeten behoeden.
Serero speelde een geweldige wedstrijd, beter dan ooit in het shirt van Vitesse. Zijn technische kwaliteiten zijn bekend, maar het mooie was dat hij nu steeds de weg naar voren zocht en vond en ook dieper speelde dan anders. Verder had Ødegaard weer een aantal schitterende acties en vond ik Bero in de eerste helft opvallend goed. In die helft was Dauda eigenlijk de enige dissonant in het team met enkele keren hinderlijk balverlies en het missen van een kans die domweg niet mag worden gemist.
Vitesse werd met een man minder in de tweede helft teruggedrongen. De aanvallende strijdwijze werd noodgedwongen vervangen door het neerzetten van een compact defensief blok en gokken op gevaarlijke tegenstoten. Als Vitesse het accent op de verdediging moet leggen, gaat het altijd wel een aantal keren mis, zo ook nu bij de derde tegengoal en op een paar andere momenten. Het tweede deel van de uit de nood geboren speelwijze lukte wel, want op de counter creëerde de ploeg enkele kansen en met een beetje geluk had er in die fase toch nog een gelijkspel ingezeten. Dat was ook meer dan verdiend geweest.
Dauda haalde als spits dus geen voldoende, maar hij en Buitink verdienen nieuwe kansen. In dat verband is interessant dat Matavz binnenkort weer wedstrijdfit is. Fijn voor hem, maar, al klinkt het misschien gek, ik zit totaal niet op hem te wachten. Hij maakt regelmatig een goal, maar zijn bijdrage voor het elftal is verder nihil. De Sloveen is slap in de duels, loopt veelvuldig onnodig buitenspel en fungeert totaal niet als aanspeelpunt. Een zwaar overschatte speler, zowel door trainer Slutsky als bij voorbeeld door De Gelderlander, die hem een topper noemt. Machlas, Van Hooijdonk, Bony en Van Wolfswinkel waren voorbeelden van topspitsen, de beperkte Matavz is dat zeker niet.
Mijn redenatie is dat hij weliswaar zijn doelpuntjes meepikt, maar dat Vitesse kansen en doelpunten misloopt, omdat aanvallen bij Matavz stranden of in zijn aanwezigheid niet eens tot stand komen. De statistieken van dit seizoen zijn in dat opzicht zeer interessant. In de wedstrijden met Matavz haalde Vitesse (in 7 wedstrijden) gemiddeld 1,29 wedstrijdpunten en maakte het gemiddeld 1,43 doelpunten. Zonder hem waren die gemiddelde cijfers (in 19 wedstrijden) respectievelijk 1,63 en 1,95. De eerlijkheid gebiedt mij wel om te vermelden dat Ødegaard pas laat werd aangetrokken en Matavz maar 3 wedstrijden met hem heeft kunnen samenspelen. En de Noor is de speler bij uitstek die kansen voor zichzelf en anderen creëert.
Na de interlandbreak volgt het duel bij ADO Den Haag. Als Vitesse dat duel speelt met dezelfde intenties als de eerste helft in Almelo zorgt het voor vermaak van de supporters en heeft het een grote kans op winst.
Heracles Almelo-Vitesse 3-2
6. Dalmau 1-0, 8. Foor 1-1, 27. Dalmau 2-1, 45. Bero 2-2, 61. Van den Buijs 3-2